Gratis juridisch advies

Het doel van stuiting is om de partijen de mogelijkheid te geven om hun rechten te handhaven zonder dat deze verloren gaan door het verstrijken van de verjaringstermijn. Het is echter belangrijk om te weten dat de specifieke regels met betrekking tot stuiting kunnen variëren per rechtsgebied en per type vordering.

Het is raadzaam om juridisch advies in te winnen om te begrijpen hoe verjaring en stuiting van toepassing zijn op een specifieke situatie.

Slachtoffer.nl werkt samen met advocaten die gespecialiseerd zijn in schade ontstaan door ongevallen (letselschade).

Er is letselschade als u buiten uw eigen schuld lichamelijk of geestelijk letsel hebt opgelopen.

In zaken met lichamelijk letsel hebben de rechtbanken in Nederland in de loop der jaren al diverse uitspraken gedaan (jurisprudentie) bij de toekenning van smartengeld.

Smartengeld wordt ook wel immateriële schade genoemd. Het is de vergoeding voor de geleden en de nog te lijden smart. Smartengeld is dus een symbolisch bedrag dat u voor de psychische en lichamelijke gevolgen van het voorval vraagt.

Voorbeelden van smartengeld zijn een tegemoetkoming voor: ergernis, angst, pijn, gemis aan levensvreugde en lichamelijk letsel. Vaak is het niet eenvoudig om gevoelens van angst en lichamelijk letsel te verwoorden in een geldbedrag.

Onderstaande globale indeling heeft verschillende schalen waarbinnen een bedrag aan smartengeld is toegewezen:

  • Whiplashlaesie
  • Schouder-, borstkas-, wervelkolomletsel
  • Oogletsel
  • Ontsiering van lichaam
  • Neusletsel
  • Mondletsel
  • Letsel aan geslachtsorganen
  • Hoofd-, hersen- zenuwletsel
  • Heup-, bekkenletsel
  • Been- en voetletsel
  • Arm- en handletsel
  • Oorletsel
  • Letsel ten gevolge van verkrachting of incest
  • Letsel aan geslachtsorganen

Welk bedrag passend is om te vorderen hangt ondermeer van onderstaande factoren af:

  • Aard en ernst van het letsel;
  • Mate van geleden pijn;
  • Duur van het letsel;
  • Blijvende littekens en/of lichamelijke beperkingen en de invloed hiervan op werk, studie, relaties en vrijetijdsbesteding;
  • Leeftijd en geslacht;
  • De mate van schuld bij de veroorzaker of bij u als slachtoffer.